Ontstaan van het idee van restauratie

Om het 400 jarig bestaan van het dorp De Heen niet ongemerkt voorbij te laten gaan, hebben een aantal inwoners Stichting 400 jaar De Heen opgericht. De Stichting heeft onder andere als doelstelling het bewaren van cultureel erfgoed. Hier wordt het bewaren van gebruiksvoorwerpen uit de afgelopen 400 jaar verstaan.

Samenwerking

Stichting 400 jaar De Heen wilt in 2014 diverse activiteiten organiseren. Om dit te realiseren, is de plaatselijke horeca benaderd om een samenwerking te starten. Het eerste gesprek dat plaats vond was met Frans en Maries van Nieuwenhuyzen van Camping, Chaletparc en Restaurant de Uitwijk. De Stichting heeft het verzoek gedaan om in 2014 het restaurant tijdelijk ter beschikking te stellen om te gebruiken voor een tentoonstelling van de diverse verzamelingen van foto- en archiefmateriaal over de polder en De Heen.

De horeca ondernemers reageerden positief en zagen een mogelijkheid om een permanent pand beschikbaar te stellen. De enige voorwaarde was dat het pand gezamenlijk opgeknapt moest worden. Samen met de Stichting is er bij het pand gekeken en het had een fantastische uitstraling. Alleen het woord opknappen moest anders omschreven worden, want het pand moest compleet gerestaureerd worden.

Frans van Nieuwenhuyzen, één van de eigenaren, wist dat er vroeger in het pand een houtbakoven had gestaan. De fundering van de houtbakoven en het ovenluikje waren de enige getuigen die nog over waren gebleven.

Subsidie

Omdat de Stichting nog maar net was opgericht en er uitsluitend mankracht kon worden aangeboden, is er onderzoek gedaan naar de mogelijkheden en de kosten voor het restaureren. Jack Smout van ‘Klussen met Jack’ heeft hier kosteloos een begroting voor gemaakt. Helaas bleek het om een zodanig bedrag te gaan, dat het onmogelijk was voor beide partijen om dit te realiseren. Om het te kunnen realiseren, moest er geprobeerd worden een subsidieregeling aan te vragen. De Stichting heeft verschillende instanties aangeschreven, maar ten opzichte van de eisen en de begroting was er geen enkele regeling haalbaar.

Frans van Nieuwenhuyzen heeft bij Peter Princen, toen nog werkzaam bij Rewin, gevraagd om hier onderzoek naar te doen. Helaas was bij Rewin net een subsidieregeling ‘volgeboekt’. Peter Princen heeft vervolgens navraag gedaan welke regelingen er nog wel mogelijk waren met het oog op de mogelijkheden die het pand zou bieden.

Mijn Mooi Brabant

De provincie Noord Brabant zou een nieuw subsidieproject ‘Mijn Mooi Brabant’ starten. Bij Mijn Mooi Brabant werd positief gereageerd op het plan. Dit kwam mede door het feit dat er al bijna twee jaar voorbereiding was gedaan. Maar positieve reacties geven echter geen recht op subsidie. Aan de regeling werden een aantal voorwaarden gesteld waaraan moest worden voldoen. Nadat de Stichting aan de voorwaarden heeft voldaan, is er een officiële aanvraag ingediend.

Het project Mijn Mooi Brabant zou maximaal 15 plannen subsidiëren. Afhankelijk van het aantal inschrijvingen en de beoordelingen daarvan, moest ook voor de restauratie van het pand met spanning op de uitslag gewacht worden. Het verlossende woord kwam op 28 juni 2013 van Yve de Boer, gedeputeerde van de provincie Noord Brabant. Na 27 maanden van voorbereiden, rekenen, tekenen en gesprekken voeren met diverse instellingen, werd er eindelijk groen licht gegeven voor de start van het project.

Restauratie

De week hierna is de Stichting gelijk begonnen. Allereerst met opruimen en snoeien. Vervolgens moest met Jack Smout een definitieve afspraak gemaakt worden. Jack Smout zou de bestellingen van de ‘nieuwe’ bouwmaterialen gaan doen. De Uitwijk en Stichting 400 jaar De Heen zouden de ‘oude’ bouwmaterialen zoeken en kopen. Dat is één van de voorwaarden als het pand daadwerkelijk in de oude stijl gerestaureerd wordt.

De hoofdzaak van het restauratieplan was en is de houtbakoven weer werkend te krijgen. In Nederland zijn geen vakmensen te vinden die dit oude ambacht nog kunnen uitvoeren. Daarom heeft de Stichting het Museum voor Oudere Technieken in België benaderd. Via het museum zijn er namen en gegevens verkregen van diverse personen die dit speciale ambacht nog uitvoeren. Met de gekozen ovenbouwers, Wenzel Mertens en Hilbrand De Vuyst, van Reizend Bakhuis, is vervolgens een samenwerking gestart.